Though we travel the world over to find the beautiful,
we must carry it with us or we find it not.
Ralph Waldo Emerson
7 May 2015
Distance today
Total distance
Weather
Day 34
31 km
918 km
Sleeping: Gîte d'étappe, Le coucheur du Soleil, La Souterraine.
Route
Nog voor we goed wakker zijn beginnen we onze dag met een gewetenloze diefstal te plegen. Mét voorbedachten rade als bezwarende omstandigheid. Gisteren al hebben we het plan uitgedacht. Nu het nog uitvoeren. Er is één “object” dat op de camino door zowel de “stappers” als de uitbaters van refuges, hotels en andere gastenverblijven kostbaarder wordt beschouwd dan goud: WC-papier. In elke gastenverblijf was het al zo... er hangt telkens maximaal één vierde van een rolletje. Je hebt het vast ook al voorgehad dat diegene die voor u was niet zo echt bekommerd is om de volgende... dit is “op de weg” dagelijkse kost! Bij de campinguitbaters (zie dag 28 – 1 mei) was het zelfs een stuk van de rondleiding... “en hier is dan het sanitair waar jullie jullie EIGEN papier kunnen gebruiken!” Wat? “Zie je dan niet dat wij én alle onze spullen str..tnat zijn! Hufter!” Het is natuurlijk een tactische zware fout van onze huiseigenaars van maar liefst drie rollen klaar te leggen. Eén is dus mee verdwenen.
Na een uitgebreid ontbijt verlaten we zonder enige scrupule ons appartement, deponeren de sleutel in de brievenbus, zoals afgesproken, en vatten onze dagtaak aan: 31 kilometer stappen.
We hebben moeite om het vertrekpunt te vinden vanuit centrum van Eguzon, maar na wat zoeken lukt het ons toch. Na een dik uur stappen is er geen spoor meer te vinden van de bewegwijzerde route. We besluiten dus over te schakelen op GPS. We kunnen ons op een tocht die bij aanvang al 31 kilometer is, niet veroorloven van er nog eens een paar kilometer bij te lappen!
Na een kleine voormiddag wandelen komen we in Bazelat. Ik vraag aan een dame die buiten staat te keuvelen of de kerk uit de XII-eeuw (zo vertelt de wegwijzer
ons althans) kan bezocht worden. “Neen, die is natuurlijk gesloten”, antwoordt ze, “Maar kom gerust bij mij binnen, ik zie dat jullie de Compostela lopen”. We worden door Catherine en Jack
uitgenodigd op hun erf. Ze zijn uit de Savoye en zijn de bergen – en de drukte van hun thuisstad Annecy – moe. Ze zochten de rustigste regio van Frankrijk en kochten naar eigen zeggen voor
de prijs van een garagebox in hun thuisstreek hier een volledige boerderij. “In de regio van de Creuse kom je nooit tenzij je een beleefdheidsbezoek moet brengen”, grapt de Franse comédienne
Annie Duperet. Het is hier natuurlijk wel héél kalm.
Zou het dan eigen zijn aan de mens om altijd te verlangen naar wat hij niet heeft? Wie in de bergen woont, wil naar de vlakte. Wie aan de zee geboren is,
voelt zich beter in de Ardennen. De noorderlingen vluchten voor de koude naar het zuiden... en die van het zuiden.... blijven meestal gewoon zitten.
Ondertussen brengt Catherine een volledige plateau met brood, saucisson pur porc en fris pintje “Abdij van Oudkerken”.
Jack vertelt ons dat de golf van Nederlanders en Engelsen zich nu verplaatst heeft naar Portugal en Spanje. De centrumregio is nu totaal verlaten en wordt
stilaan terug ontdekt door de Fransen zelf. Na ruim een uur ronden we ons bezoek af. We moeten nog 15 kilometer verder... tijd voor actie dus.
In Saint-Germain-Beaupré eten we onze lunch aan een oude lavoir. We besluiten ook de verdere tocht uit te stippelen... op 15 mei worden we verwacht in Périgeux. Frankie regelt de overnachtingen voor de komende drie nachten. Een boer die aan de lavoir water komt halen, adviseert ons de route niet te volgen en toont ons een weg dwars door de velden. Een uurtje later die namiddag komen we hem effectief op deze weg terug tegen. Zou hij ons controleren?
We lopen La Souterraine binnen via een zigeunerkamp. Er werd voor deze mensen wél een goede infrastructuur gebouwd. Sanitair, correcte wegen, nutsvoorzieningen... dit alles weliswaar aan de overkant van de drukke spoorweg én op keurig afstand van de invalswegen naar het centrum van de stad. Politiek wél correct maar zeker niet gebouwd met het idee van integratie. Dit heb ik ook in Roemenië – het “thuis”-land van de Romangemeenschap - altijd zo gezien. Getolereerd ja nauwelijks, maar ver van het dorp of de stad.
In La Souterraine slapen we in een gîte d’étappe waar plaats is voor negen mensen. Buiten onze vaste ploeg van vijf, zeg maar de Jackson five, is er ook nog één pelgrim uit Mulhouse en nog één Nederlandse pelgrim (Jaap) die zich voor de gelegenheid “Jacobus” laat noemen. Alles is splinternieuw. We besluiten met ons vijven te gaan eten in de stad. Chinees... effe genoeg van de cuisine Française en besluiten dus naar een “eat as much as you like” buffet te gaan. Véél winst zullen deze restaurantuitbaters aan ons niet hebben gemaakt. Het was zéér lekker en we lieten het ons verdorie welgevallen.
Onderweg komen we nog een héél eigenaardig bord tegen met de naam van een straat “Route de l'age Laurent”. In Tervuren hebben we ook een Laurent wonen... ik vraag me alleen af of Laurents in het algemeen een leeftijd hebben om bepaalde dingen te doen of te laten? Hier blijkbaar wél.