Op een dikke vier uur (hogesnelheids)-sporen van het gore Brussel-Zuid ligt het paradijs: Bédoin. Wanneer Frankie me in het voorjaar aankondigde dat hij hier een stukje Provence had gekocht, heb ik plechtig moeten beloven om in mijn altijd overdrukke (vakantie-)agenda een moment vrij te houden.
Wat ik natuurlijk met veel plezier deed! Het Provençaalse stadje is bij elke wielerliefhebber gekend als vertrekplaats voor de beklimming van de Mont Ventoux. Onze ambitie vlak na mijn aankomst is anders maar daarom niet minder zwaar: het dorp en zijn winkels en cafeetjes leren kennen.
Alles draait hier duidelijk op een ander ritme. De dikke platanen werpen een meer dan welgekomen schaduw over de terrasjes waar voornamelijk Vlamingen zich laten verwennen. Na elke bestelling op café of in een restaurant bevestigen de Bédoinais het met een joviale “ça roule”! En dat doet het inderdaad.
Het leven gaat hier inderdaad zijn eigen gangetje waardoor we bijna zouden vergeten dat er ondertussen in andere stukken van Europa hard gevochten wordt. De schaarste die er door de crisis in Oekraïne ontstaan is laat zich hier anders niet in eerste instantie voelen in de energieprijzen. Een bord in het grootwarenhuis adviseert de klanten om slechts één pot mosterd per winkelkarretje te kopen, dit in geval er effectief nog mosterd staat. Frankrijk is dus blijkbaar het land waar mosterd moet worden gerantsoeneerd. Misschien moeten we aan monsieur Macron maar eens aanraden om aan Abraham te vragen waar hij de zijne haalt.
Hoogdag voor het volledige stadje is maandag. Van bij het krieken van de dag tot laat in de namiddag staan alle straten en pleinen van het dorp vol met kramen allerhande. Het ritueel heeft wel een vaste vorm. Eerst worden de inkopen gedaan om de mondvoorraad in de keuken aan te vullen. Bij de bevriende marktkramers worden gebraden kip, fruit, kazen en salami’s aangekocht en eerst naar huis gesleept alvorens de volledige markt voor een tweede keer te bezoeken. Deze keer worden de koopwaren aan de andere kramen grondige geïnspecteerd. Op gepaste tijdstippen wordt er ook een kleine apero gedronken. Dit is het leven op zuiders tempo, en ook daarvoor zijn we natuurlijk gekomen.
Op de markt van Bédoin kan men trouwens heel duidelijk het “Esprit Provençale” waarnemen. Ze staan bekend om hun humoristische maar altijd scherpe manier van zijn.
Aan het kruidenkraam tasten toeristen gulzig toe maar krijgen van de verkoper wel een gouden raad: “Vous faites ce que vous voulez, mais attention, il faut que ce sorte de l’autre côté”.
Aan de kraam met de schoonheidsproducten geeft de uitbaadster luidkeels toe dat het maar een goede zaak is dat haar echtgenoot haar bedriegt.